Wat is stembandverlamming?
De stembanden, ofwel stemplooien, bevinden zich in het strottenhoofd. Wanneer de twee stemplooien tijdens de uitademing tegen elkaar aan gebracht worden, gaan ze trillen en zo ontstaat er stemgeluid. Bij stembandverlamming staan één of beide stemplooien stil, of is de spanning van de stemplooien verstoord. Hierdoor ontstaan er problemen bij de stemgeving, bij de ademing en/of het slikken. Een stembandverlamming komt voornamelijk bij volwassenen voor.
Een stembandverlamming kan worden veroorzaakt door een virusinfectie, een beschadiging (door een ongeval bijvoorbeeld) of door een operatie aan schildklier, longen of strottenhoofd. Een beroerte kan ook een stembandverlamming tot gevolg hebben. Soms is de oorzaak van een stembandverlamming niet te achterhalen. De kno-arts stelt de diagnose.
De gevolgen van stembandverlamming hangen af van de plaats waar de stemplooien stilstaan en of één of beide stemplooien zijn aangedaan. Een stemplooi kan stilstaan in het midden van het strottenhoofd of meer aan de zijkant.
Als een stemplooi in het midden stilstaat, klinkt de stem vrij goed: de stemplooien kunnen elkaar raken en dus voor geluid zorgen. Wel zijn de mogelijkheden van de stem (luidheid, toonhoogte) beperkt. Er kunnen problemen bij het ademen zijn. Soms staan beide stemplooien in het midden stil. De stemgeving is dan redelijk goed, maar er is forse ademnood omdat er weinig lucht in en uit kan stromen.
Als de stemplooi meer aan de zijkant stilstaat, zijn er geen ademproblemen, maar wel problemen met de stem. De stem is hees of kan wegvallen en hogere en/of lagere tonen kunnen niet gemaakt worden. Tenslotte kunnen beide stemplooien in zijwaartse positie stilstaan. Er is dan geen ademnood, maar de stem zal zeer hees zijn, omdat de stemplooien elkaar niet meer kunnen raken.